Ben&Jerry’s is Unilever, is neokolonialisme en klimaatverandering, is vluchtelingen

Vluchtelingenwerk gaat met Ben&Jerry’s samenwerken. Ben&Jerry’s is Unilever, dat eerder samenwerkte met het Wereldnatuurfonds. Unilever liep, net als ik, een dag mee met de Climate Miles. Toen schreef ik dit stukje. Omdat Unilever met haar producten en productiewijze juist bijdraagt aan klimaatverandering.
Unilever is een multinational die zich in Derde Wereld als een neokoloniale macht manifesteert. Neokolonialisme en klimaatverandering horen bij de belangrijkste oorzaken van de wereldwijde vlucht van miljoenen mensen. Als Unilever haar neokoloniale houding in de wereld én haar productie niet ter discussie stelt, is de rest, het samenwerken met milieu- en vluchtelingenorganisaties, window dressing, een rookgordijn, dweilen met een kraan die zij zelf mee heeft opengezet. Een truc, om haar corebusiness, het produceren van discutabele en vervuilende zaken onder twijfelachtige omstandigheden, in stand te houden.
Wat Unilever door met Vluchtelingenwerk samen te werken ‘goedmaakt’ is slechts een fractie van de vluchtelingenstroom die Unilever zelf, ook door de samenwerking met dictatoriale regiems, mede veroorzaakt. Vluchtelingenwerk mag daar niet intrappen. Het moet onafhankelijk blijven en bij zijn werk in Nederland de wereldwijde oorzaken van het vluchtelingenvraagstuk aankaarten, inclusief de rol van een multinational als Unilever daarin. Een zoet sausje kan de bittere werkelijkheid niet verbloemen.
Alles wat ik heb geschreven over Unilever en het milieu is ook geldig voor Unilever en vluchtelingen.

Climate Miles en Unilever

Unilever kennen we allemaal. Onze douche en keuken staan vol met haar producten. Als Unilever meeloopt met de climatemiles en iets wil vertellen over wat het als wereldwijd productiebedrijf wil bijdragen aan het stoppen van de klimaatverandering, dan is dat een goed ding. Er is een wereld te winnen.
Maar dat deed Anniek Mauser, directeur Duurzaamheid Unilever Benelux, die op 18 november 2016 een dag meeliep, niet. Ze vertelde niet wat Unilever beter zou doen met de producten die het maakt, ze vertelde van een actie waarbij Unilever kinderen etiketten laat plakken op haar doucheproducten met teksten om hun ouders korter te laten douchen. Unilever doet dit samen met o.a. het Wereld Natuur Fonds.
En toen werd ik kwaad. Want dat heeft dus helemaal niets met wat Unilever zelf moet of zal doen te maken. Unilever weet precies wat anderen moeten doen. En bovendien met producten, zoals water en gas, waarbij het zelf geen belang heeft. Het zegt bijvoorbeeld niet: “Gebruik minder shampoo of minder zeep, goed voor het milieu.’
Ik zag die miljoenen potjes, flacons, flesjes, tubes, blikjes, doosjes en buisjes voor me waarvoor Unilever geen verantwoording neemt, die op stortplaatsen, in verbrandingsovens, als zwerfvuil in het milieu terechtkomen, en waarvan, pas de laatste jaren, een klein deel door de burger zelf gescheiden wordt en daarna door de gemeenschap verzameld en gerecycled. Ik dacht aan al dat plastic, blik, aluminium waarvan die verpakkingen gemaakt worden en de fossiele grondstoffen, zoals aardolie voor het plastic, die daarvoor nodig zijn geweest. Ik dacht aan de inhoud van al dat verpakkingsmateriaal, aan de zepen, de tandpasta’s, de shampoos, de crèmes, de deodorants, de gels, de wasmiddelen, de vetten en vetoplossers, die allemaal in het milieu gespoeld worden, en waar, opnieuw, Unilever geen enkele verantwoording voor neemt. Ik dacht aan de ijsjes, de margarines, kroepoek, worsten en sauzen… Unilever lijkt gespecialiseerd in producten waarvan we best zo min mogelijk gebruiken, zowel voor onszelf als voor het milieu.
Het is dan ook in ieder geval een zeer slechte zaak dat Unilever zegt de omvang van het bedrijf te willen verdubbelen. Elk product dat Unilever op de markt brengt is immers slecht voor het milieu. Waarschijnlijk is ook de helft van de producten overbodig en zijn een deel van de bestanddelen van veel producten overbodig. Het is bijvoorbeeld volkomen overbodig dat Unilever een bevolking die daar geen behoefte aan heeft, zoals die van India, aan de deodorant brengt, zoals het wel eens verteld heeft. Een beperking tot de werkzame stoffen in de producten, het weglaten van nodeloze toevoegingen, zou het milieueffect ook aanzienlijk kunnen indammen.
Ik hoorde Anniek Mauser van Unilever zeggen: ‘Geen groei zonder duurzaamheid, geen duurzaamheid zonder groei.’ Het eerste is een terechte wens, het tweede is onzin. In de natuur groeit alles, geen leven zonder groei, en sterft af – ook een groei- naar iets anders namelijk, recycling. Maar mevrouw Mauser bedoelt de groei van een bedrijf, van de economie, van Unilever. Het is soms beter dat die niet groeien, voor de duurzaamheid, voor het milieu, voor minder opwarming van de aarde. Het is beter voor de belasting van het milieu dat Unilever niet groeit.
Ik hoorde mevrouw Mauser zeggen dat ze op de mijlpaal had geschreven: ‘Geen verantwoordelijkheid nemen is geen optie.’ Verder zei ze: ‘Die verantwoordelijkheid geldt voor iedereen, voor overheden, voor bedrijven, voor NGO’s, maar vooral ook voor iedereen individueel op dagelijkse basis. (…) En die boodschap wil ik graag meenemen want zonder allemaal in actie te komen en klimaatverandering een halt toe te roepen zullen we ook geen economische ontwikkeling in de wereld meer hebben. …Eigenlijk gaat het ook over echte gedragsverandering, thuis onder de douche, daarvoor is Waterspaarders een heel mooi programma, dat we hebben opgezet met het Wereldnatuurfonds en … Dat gaat echt heel konkreet over kinderen die thuis eigenlijk het gesprek aangaan met hun ouders. En we laten ze etiketten ontwerpen met een oproep aan hun ouders, op de shampoo en op de douchegel, die komen in de douche te staan, plaats van delict, en dat is een voorbeeld hoe wij proberen gedragsverandering aan te pakken op een manier die niet belerend is (‘plaats van delict’! ) maar die echt blijft hangen, te beginnen bij kinderen, want die zijn de toekomst natuurlijk.’
Toen werd ik dus kwaad, om de onnozelheid waarmee ze zelf gelooft dat het een geweldige vondst is, maar vooral omdat wij die boodschap niet van een vervuiler als Unilever willen krijgen. Het is klef zoals Unilever ons privéleven binnendringt met filmpjes met sprekende dieren die van onze kinderen een legertje van nieuwe ‘melkbrigadiertjes’ (de ouderen weten nog wat dat zijn) voor het milieu moeten maken en zo de aandacht afleiden van de milieudelicten van Unilever.

Ik dacht aan palmolie en ontbossingen, aan duurzaamheidscertificaten van palmolieleveranciers aan Unilever in Maleisië en Indonesië die niet bleken te kloppen, van thee uit India waarvoor hetzelfde gold (‘het was zo ver weg, multinational/miljardenbedrijf Unilever kon dat allemaal niet controleren’), en ik herinnerde me zoiets als met Shell in Nigeria (vergiftiging van het milieu), het bleek om een 14 jaar geleden na acties van Greenpeace in India gesloten thermometerfabriek te gaan, waarvan Unilever het kwik gedumpt had en waarvan tot op heden de bevolking ziek werd. En ik vond een recente Indiase rap hierover en plaatste deze in een tweed en deed mee aan de handtekeningactie om Unilever op zijn verantwoording te wijzen.
Later keek ik nog eens naar de foto’s en naar het filmpje van de climatemiles, zag hoe de dames Minnesma van Urgenda en Mauser van Unilever naar elkaar lachten, de zuurstof deed ze goed. Mauser kreeg van Minnesma de lach en de arm om de schouder zoals alles mijlpaalslaanders, en ik voelde me een spelbreker. Het ging er niet om wat er nog allemaal fout was maar om de goede wil tot verbetering.
De volgende dag dacht ik toch weer aan al die Unileverproducten en ging naar de site van Unilever en meende dat ik op de site van een milieuorganisatie, een NGO, was terechtgekomen. De leuzen sprongen me tegemoet. WERKEN AAN EEN BETERE TOEKOMST. Duurzaam leven. DUURZAME GROEI EN MAATSCHAPPELIJKE BETROKKENHEID. Het Unilever Sustainable Living Plan is een blauwdruk voor duurzame groei. EEN BETERE TOEKOMST VOOR KINDEREN. Samenwerking met de FDI World Dental Federation en het World Food Programme. Ons theemerk Lipton steunt projecten op het gebied van duurzame bosbouw in Afrika. Een betere toekomst voor landbouw & boeren.
Maar door het volgende soort vage formuleringen weet ik dat Unilever veel meer probeert te suggereren dan er werkelijk gebeurt:
Veel van onze merken bevatten ingrediënten die op ethisch verantwoorde en duurzame wijze zijn geproduceerd en die onafhankelijk zijn gecertificeerd.
• Dat geldt bijvoorbeeld voor Lipton-thee, dat is gecertificeerd door Rainforest Alliance, en voor het ijs van Ben & Jerry’s, waarvan verschillende smaken onder meer Fairtrade-vanille en -amandelen bevatten.
• Ongeveer de helft van onze grondstoffen komt uit de land- en bosbouw en dus werken we eraan om onze belangrijkste gewassen 100% duurzaam te maken.
De enige duidelijke mededeling die hier staat is dat Lipton-thee is gecertificeerd door Rainforest Alliance. Maar wat betekent dat dan weer, want ook voor Lipton-thee gold op een bepaald moment dat de certificatie twijfelachtig was.

Het lijkt er verdacht veel op dat sinds Unilever in 2008 door Greenpeace werd gedwongen de ontbossing voor palmolie te stoppen is gaan denken: If you can’t beat them, join them. In ieder geval met de mond en op papier. Unilever maakte een vlucht vooruit. Het spreekt in haar huidige Sustainable Living Plan vooral veel intenties uit. NGO’s kunnen afspraken maken om bijvoorbeeld het zout in voedingsproducten terug te brengen. De druk op het zoutgehalte is zo groot dat daar nauwelijks nog discussie over mogelijk is, Unilever moet wel. Met die palmolie zal het ook wel goed zitten, nog meer ontbossing is niet te verkopen. Unilever werkt samen met De Hartstichting, de Johan Cruyf-foundation, met voedselorganisaties, met scholen, met allerlei clubs overal ter wereld. Maar al die samenwerkingsverbanden draaien heen om de core business van Unilever die niet wezenlijk verandert: Unilever maakt producten waarvan er niet één biologisch en fair trade is, en zowel het product als de verpakking veroorzaken een aanzienlijke vervuiling. Ik heb de sterke indruk dat het Sustainable Living Plan voornamelijk een rookgordijn is en beschouw het plan om de productie te verdubbelen zelfs als levensgevaarlijk voor het milieu en de klimaatverandering.
Maar ik zou graag hebben dat de milieuorganisaties het Sustainable Living Plan van Unilever serieus tegen het licht zouden houden en ook het milieueffect zouden onderzoeken van de voornaamste producten inclusief hun verpakking.
Als ik een spelbreker ben, dan beschouw ik dat ondertussen als noodzakelijk in de strijd tegen klimaatverandering, inclusief de oorzaken van de wereldwijde vlucht van meer dan 60 miljoen mensen.

 

 

 

Jan Mölling, 30 jaar geleden overleden (bericht op 5 juni 2017 geplaatst op FB)

Jan Mölling, 30 jaar geleden overleden
Op 5 juni 1987 overleed plotseling mijn vriend, de beeldhouwer Jan Mölling, op 43-jarige leeftijd in het OLVG in Amsterdam. Familie en vrienden hoorden pas 3,5 uur na zijn dood dat hij op 3 juni in het begin van de avond bij een stoplicht zacht achter op een andere auto was gereden, vanwege dronkenschap op een politiebureau was vastgehouden, waar vroeg in de ochtend een ernstige verslechtering van zijn gezondheid werd vastgesteld, waarop hij naar het OLVG was gebracht. Op dat moment had de familie zeker op de hoogte moeten worden gesteld. Vanuit het OLVG was Jan weer naar het Slotervaart vervoerd voor hersenonderzoek, daar werd een fatale hersenbloeding geconstateerd, de volgende ochtend werd hij terug naar het OLVG gebracht en overleed korte tijd later.
Jan werd op 10 maart 1944 in Borger, Drente geboren.
Ik leerde Jan kennen toen we allebei 19 jaar oud waren. Hij woonde toen in Eindhoven en was inspiciënt bij theater De Schalm in Veldhoven. In 1968 verhuisde ik naar Amsterdam en Jan deed dat zo’n anderhalf jaar later.
In 1985 was kraker Hans Kok (1) op 23-jarige leeftijd in een politiecel overleden. Dat had geleid tot grote maatschappelijke verontwaardiging en onrust. Jans familie wilde dat risico niet lopen en besloot samen met de vrienden zich allereerst te richten op het inwinnen van informatie hoe dit zo ongelukkig had kunnen lopen. Toen de advocaat na 2 jaar vaststelde het maximale aan informatie te hebben bereikt, was dit voor familie en vrienden nog steeds onbevredigend. Daarom diende ik na enige tijd beraad op 1 december 1990 als gemachtigde een klacht in via het Klachten en Adviesburo Politieoptreden. Op 5 maart 1992 antwoordde de Hoofdofficier van Justitie te Amsterdam ‘dat wat betreft de informatieverschaffing van de politie omtrent de verblijfplaats en toestand van de heer Mölling deze te wensen heeft overgelaten en dat een actievere houding had mogen worden verwacht’. Verwijtbaar optreden van politie respectievelijk GG&GD-arts tijdens Jans aanhouding en verblijf in de politiecel werd afgewezen. Wij waren niet tevreden maar kwamen tot de conclusie dat we het maximale hadden gedaan en besloten de zaak te laten rusten.
Op Jans begrafenis op Zorgvlied sprak ik de volgende korte rede uit. In die dagen schreef ik ook het korte verhaal ‘JAN’.
Dit bericht ter herdenking van Jan maak ik mede op verzoek en met grote medewerking van zijn jongere zusje Ann de la Rambelje die haar broer nog steeds mist en ondertussen ook haar broer Henk en zijn vrouw in 2001 verloor en haar invalide zusje Alie in 2000.
Dit bericht wordt geleidelijk uitgebreid.

Afscheidsrede Jan Mölling 11-06-1987

Wanneer ik, als misschien één van de oudste vrienden van Jan, iets vertel over vriendschap, dan gaat het niet om die tussen Jan en mij, maar om de vele vriendschappen die Jan heeft gehad. Want Jan kon er niet genoeg van hebben: van vriendschap, aandacht, waardering, schouderklopjes, handen om vast houden, schouders om op uit te huilen.
Ik ken eigenlijk niemand die zo hard andere mensen nodig had, die zo slecht eenzaamheid kon verdragen.
Jan kon absoluut niet alleen zijn. Zelfs als een vriendschap of relatie werd verbroken, bleef er voor hem altijd een band bestaan.
Misschien anders, maar Jan kwam altijd terug.
Eenmaal Jan, voor altijd Jan. Hoe moeilijk in de praktijk soms ook.
Jan ontwikkelde zich van een maker van oorbellen, die meer dan 20 jaar geleden gretig aftrek vonden, tot een maker van beelden die veel waardering kreeg. Maar hij bleef altijd onzeker, was altijd bang zich niet waar te hebben gemaakt.
Jan was een gevoelige jongen, op het sentimentele af.
En die gevoeligheid gold niet alleen zichzelf of zijn vrienden en vriendinnen, die gold ook voor de dingen om hem heen en voor wat er in de wereld gebeurde.
Hij was sociaal en politiek bewust, zette zich bijvoorbeeld in voor vluchtelingen uit Portugal, toen dat land nog fascistisch was.
En hij heeft natuurlijk jarenlang, samen met de andere bewoners, gevochten voor het behoud van de Nieuwmarktbuurt als woonbuurt.
In de Nieuwmarktbuurt vond Jan de afgelopen 17 jaar de meeste van zijn vele vrienden.
Het leek voor hem op maat gemaakt; het sociale contact van een klein dorp maar dan midden in een grote stad.
Maar Jan had nooit genoeg aan de vrienden en gebeurtenissen van het moment, hij vertelde altijd over nog andere vrienden en vriendinnen, met wie hij de meest sterke staaltjes had beleefd. En als we elkaar dan ontmoetten kwamen we wel eens in verlegenheid door de sterke verhalen die Jan over ons had verteld.
Gelukkig bleken we allemaal gewone mensen te zijn die dat alles samen met Jan hadden meegemaakt. Want het ging Jan niet om de belevenissen zelf maar om het grote gevoel dat hij had gehad toen hij ze samen met iemand beleefde. Om dat grote gevoel over te brengen moest het verhaal steeds sterker worden en was het Jan die door het verhaal heen zei “kijk eens, dat is wat een goede vriend met mij kan beleven”.
Wij, zijn vrienden, willen graag weten hoe Jan zijn laatste 36 uur zijn geweest.
We willen weten hoe het kon gebeuren dat hij ons niet kon bereiken en wij hem niet konden vinden. Hoe hij, die zoveel vrienden had en zoveel vrienden nodig had, hoe hij, die zo slecht tegen alleen zijn kon, zo eenzaam dood kon gaan.
En we kunnen alleen maar hopen dat de sterke indruk die we van Jans laatste dagen hebben ook waar is: namelijk dat hij het niet beseft heeft. En laten we dan hopen dat in Jan zijn laatste uren voor het laatst de trieste werkelijkheid is vervangen door het Verhaal, het grote sterke verhaal dat veel langer is en veel opwindender is dan Jan zijn korte leven, het verhaal waarin Jan en wij zelf meespelen, en dat bestaat uit vele verhalen en anekdotes, over al die vrienden en vriendinnen waar hij zo trots op was, het verhaal dat speelt in Nederland, in Zweden, in Frankrijk, Portugal en Marokko, overal waar Jan ooit met zijn vrienden is geweest…
Laten we aannemen dat Jan in gedachten ons nog één keer dat sterke verhaal heeft verteld, zo nadrukkelijk als alleen een groot kind dat kan vertellen… Dat toch maar vooral zeker wil zijn dat we hem niet zullen vergeten…

———————————-

JAN

Telefoon.
‘Heb je het gehoord van Jan?
‘Ja, erg hè.’
‘We hebben hem 2 dagen gezocht.’
‘Die is niet zomaar de pijp uit gegaan. Die hebben ze op het bureau in elkaar geslagen.’
‘Ja, Jan kennende.’
‘Die heeft zich vast verzet.’
‘Reken maar.’
‘We gaan er achteraan. Mag niet zomaar gebeuren.’
‘Natuurlijk.’

Jan.
Ik kom er aan, zeg ik door de telefoon, ik ben zo bij je. Ik kom er aan, zeg ik. Maar dat kan vanalles betekenen. Ik kom er aan: pats, boem! Ik kom er aan: hatsikidee! Ik zat er bovenop! Gelukkig dat die andere stilstond. Ik kom er aan: KLAP! (…) Stelt allemaal niks voor. Blikschade. Maar ze moeten zo nodig, die blauwe pakken-jongens, die klabakkenjongens. Hé, klabakken, ik vind jullie grote zakken! Ze horen me niet. Nou voor mijn part, dan maar niet. Ik ga gewoon pitten. Morgen zien we dan wel weer. ’t Is niet de eerste keer. Haha. (….) Als jij dat allemaal binnen had, lag je ook in coma, zegt er een. Tegen wie heeft hij het? Ik moet zien dat ik hier weg kom. Als je met mij bezig bent, praat dan ook tegen mij, wil je? zeg ik. Ik ben geen Hans Kok(1) hoor! Ik ben toevallig Jan M. Ik crepeer niet zomaar. Hoewel ik er niet mee zou zitten. Maar ik heb vrienden die jullie weten te vinden. Die hebben meer met dat bijltje gehakt. (…) Net op tijd lig ik weer stil. Ze hebben niks in de gaten. Alles lukt me gewoon vandaag. ’t Is mijn geluksdag. Hopla, ook weer voor mekaar. Ik ben ze allemaal te slim af. Nu zullen ze Jan M. eens leren kennen! (…) Zo, eerst even naar het ziekenhuis. Laten nakijken waar dat bloed vandaan komt. Want dat kan nooit goed zijn. Hoewel, ik voel niks. Misschien loop ik wel gewoon leeg zonder dat ik iets voel. Dat zou makkelijk zijn. Meteen overal vanaf. Wat wil ik nog meer! Als het nu doorzet hoef ik meteen de post nooit meer open te maken. Hihi. ‘De regeling zoals die tot heden bestond voor beeldende kunstenaars wordt per 1 juli opgeheven. Voor de noodzakelijke kosten van levensonderhoud kunt u zo nodig een beroep doen op de bijstandswet.’ Tegen wie heeft u het, meneer? U heeft mij daar niet mee, meneer. Ik ben er gewoon niet meer! Dat zou wat zijn! Dan heb ik ze mooi te pakken! (…) Ach, weten die lui veel wat je nog allemaal kunt doen met een paar flessen wijn op. Als je dat een beetje gewend hebt. (…) Ik heb zowat iedereen opgebeld, zat toch maar te wachten op vervoer voor mijn beelden. Heel wat herinneringen opgehaald. (…) Zeg, dames en heren, eh… verpleegkundigen… ik word zo langzamerhand wel erg moe hoor! Als jullie met me blijven sollen zet ik weer een ontsnapping op touw. Net als uit het politiebureau. Of ik ben gewoon weg. Er niet meer zijn, weet je wel… Wat is daar nou voor moeilijks aan? Zit ik toch niet mee. Dan zit je toch nérgens meer mee. (…) Nou, bekijk het maar. Als ik op jullie moet wachten…

‘Zeg, ik blijf hier niet staan hoor! Het is tien voor half tien. Direct zijn we te laat. Is hij al helemaal opengesneden! Om half tien zou sectie verricht worden. Zegt u maar welke kant het op is. Wat een organisatie! Geen wonder dat hij hier gecrepeerd is! Al mankeer je niks, zou je het hier nog niet overleven!’
Nelly is duidelijk over haar toeren. De jonge portier lacht schutterig. ‘De man van de sectiekamer beantwoordt zijn piepertje niet,’ zegt hij.
We hollen achter Nelly aan, het oude gedeelte van het ziekenhuis in. Betegelde vloeren en wanden: een slachthuis. We draven met ons vieren dezelfde lange gang weer terug, vragen. Het mortuarium, dan moet u buitenom. Nee, de sectiekamer!… Dan lopen we toevallig het juiste mannetje tegen het lijf, een blond kalend hoofd. Hij opent een deur zonder opschrift. ‘Sorry, maar ik mocht niets aan hem doen,’ zegt hij, ‘vanwege de sectie, ziet u.’
Jan ligt er goed bij, de wallen onder zijn ogen zijn weggezakt, wel bloed op zijn wang. Hij heeft gelukkig geen weet van het levensgrote kruisbeeld achter hem en de manshoge, vuistdikke kaarsen aan weerszijden. Fietje kokhalst. Het mannetje verdwijnt om haar een glas water te geven. Ik kijk vlug tussen Jans hoofdhaar. ‘Of hij niet mishandeld is,’ fluister ik.
‘De hersenbloeding kan nooit van zo’n klein ongelukje zijn,’ zegt het mannetje.
‘We laten het hier niet bij zitten,’ zegt Jaap, ‘al moet de onderste steen boven!’

Telefoon.
‘Nog iets gehoord?’
‘Nee, niet veel. We willen Jan eerst even rustig begraven.’
‘Begrijp ik, geen stennis.’
‘We willen het natuurlijk wel weten. Is het niet voor Jan, dan wel voor een ander. Nacht politiebureau, 24 uur ziekenhuis, en doodgaan zonder dat iemand bericht krijgt: ’t mag gewoon niet gebeuren.’
‘Precies.’
‘Maar voor Jan denk ik steeds meer: het is wel goed zo.’
‘Nu het toch gebeurd is, bedoel je.’
‘Ja, zelf kon hij de stap niet zetten. Maar hij was wel helemaal vastgelopen.’
‘Geloof ik ook, maar toch…’
‘Vanzelfsprekend, je mag nooit…’
‘Nou, ik hoor nog van je.’

Weer die klokken. Snel, opdringerig, tweetonig. Ik wil vlug het balkon aflopen maar mijn been slaapt. Ik strompel naar de gang om met mijn hoofd tegen de muur te gaan staan janken. Ik heb het zelf uitgelokt, denk ik, met die platen van Bob Dylan. ’t Is niet alleen dat het bovenkomt nu het werk voorbij is, nu niemand meer naar me kijkt. De verloren jeugd.
De duif zit er weer. Ze was even van de balkonkast naar de boom gevlogen om mijn aandacht af te leiden. Ze moet weg, het heeft niks met Jan te maken, er mogen niet opnieuw jongen komen. Ik moet op de kruk gaan staan en het ei weghalen. Ik heb het eerder gedaan. Maar misschien zijn er al jongen, moet ik ze de kop uittrekken. Niet opnieuw janken.
In de kist lag een wassen beeld in een zwart pak, een wit overhemd en een zwarte stropdas, het gezicht geplamuurd met alleen rond de mond nog vaag een trek van Jan, een rechtse bal die ik geen hand zou geven, uit de wereld die we haatten, bestreden. Ze hebben wraak genomen, dacht ik, hem na zijn dood tot een van hen gemaakt.

Telefoon.
‘Hoi, ik zag je op de begrafenis. Was lang geleden.’
‘Ik verwachtte je al. Ja, als oude vrienden zijn we aan Jan verplicht. Welk bureau was het? Nee, niemand zal weten waarom. Geen sensatie vanwege de familie.’
‘Heb jij hem nog gezien na de sectie?’
‘Ik begrijp wat je bedoelt. Het staat niet op zichzelf. Thatcher is ook weer voor 5 jaar gekozen.’
‘Iemand moet dat mannetje omgekocht hebben. Eerst al dat kruisbeeld en die kaarsen.’
‘De VNO (2).’
‘Ja.’
‘Dat gebouw is al helemaal ondermijnd. Kwestie van knop indrukken.’
‘Het mannetje zelf nog?’
‘Alleen laten schrikken. Kopie van hemzelf op de snijtafel leggen.’
‘Geen probleem. Komt voor mekaar.’

‘Jullie hebben geluk,’ zeg ik tegen de piepjonge duiven op het balkon. ‘Eerst moet dat andere geregeld zijn. Als jullie weg zijn wanneer dat voor elkaar is, schenk ik jullie het leven.’

©Ton Meurs 1987, 1989, Meurs A.M. 2017

(1) Hans Kok: Johannes (Hans) Kok (IJmuiden, 9 augustus 1962 – Amsterdam, 25 oktober 1985) was een Amsterdamse kraker. Hij overleed op 23-jarige leeftijd in een Amsterdamse politiecel. (Wikipedia).
(2) VNO: Vereniging van Nederlandse Ondernemers.

 

Jan Mölling op zijn 43e verjaardag 10 maart 1987, nog geen 3 maanden voor zijn plotselinge overlijden na een nacht in een politiecel vanwege een kleine aanrijding waarbij alcoholgebruik was geconstateerd, en een nacht in het ziekenhuis. Vroeg in de ochtend was in het politiebureau een ernstige verslechtering van zijn gezondheid vastgesteld, waarop hij naar het OLVG was gebracht. Op dat moment had de familie zeker op de hoogte moeten worden gesteld. Vanuit het OLVG was Jan weer naar het Slotervaart vervoerd voor hersenonderzoek, daar werd een fatale hersenbloeding geconstateerd, de volgende ochtend werd hij terug naar het OLVG gebracht en overleed korte tijd later.

Jan trouwde, nog in Eindhoven, met Anneke. Kunstenares Brammetje Cox en ik mochten de getuigen zijn. De tijd in Eindhoven en begin jaren zeventig in Amsterdam dat Jan samen was met Anneke was de periode dat we elkaar het meest zagen. In de Amsterdamse Nieuwmarkt woonden we vlak bij elkaar .Ik vind de foto’s gemaakt bij het trouwen zo mooi gestileerd dat ik ze bij deze graag publiceer.

Kunstenares Brammetje Cox tekent als getuige bij het huwelijk van Jan en Anneke Ook ik mag tekenen. De jas, gemaakt uit een overjas van mijn vader, heb ik waarschijnlijk speciaal aan gedaan omdat Jan hem zo lang in bruikleen had gehad. Ik had er nog een met dezelfde afkomst.

Jan ontwikkelde zich van oorbellenmaker tot sieradenmaker, waarbij Anneke trouwens een grote rol speelde, en van daar tot beeldhouwer. Hier Jan met sieraden op een van de vele kunstmarkten

Nog even terug naar onze jeugd. Rond 1967 gingen we in Frankrijk van Lagleygeolle met de bus naar Brive maar moesten ’s nachts te voet de 32 kilometer terug afleggen omdat we te lang in de kroeg waren blijven zitten. ’s Morgens om 7 uur kwamen we nuchter aan. De kat van Mimeé, de moeder van schrijver Claude Duneton, bij wie we logeerden, kwam ons aan de rand van het dorp tegemoet. Claude Duneton en zijn familie mochten vele vrienden en vriendinnen van Jan aanschouwen.

Beeldhouwer Jan Mölling op zoek naar geschikt gesteente voor zijn beelden.

Beeldhouwwerk van Jan Mölling in het Westerpark aangekocht door de gemeente Amsterdam. Beeldencompositie van Jan Mölling. De stenen zouden op zijn graf op Zorgvlied komen liggen.

Jan Mölling ligt op Zorgvlied onder zijn eigen stenen. Het graf is 10 jaar geleden geruimd. De grafstenen zijn aangeboden aan Kunstfort Vijfhuizen.

Op 5 juli 2016 stierf Hashim (33), vluchteling van Wij Zijn Hier, The impressive statements of Hashim…

(uit HetWerk 66A, literair kladschrift van Meurs A.M. 18 januari 2017, daarna opgenomen in de special De Mensensmokkelaar van Amsterdam/ The Amsterdam human smuggler, statements van Hashim  in NL, Eng.,Fra., Arab. )

HASHIM, VLUCHTELING VAN WE ARE HERE UIT SOEDAN, IN 2016 OP 33-JARIGE LEEFTIJD OVERLEDEN DOOR ZELFDODING, 6 JAAR IN NEDERLAND, 3 JAAR IN DE ASIELPROCEDURE, 3 JAAR ERBUITEN, DEED ZIJN 1E STATEMENT IN APRIL 2014, GEPUBLICEERD IN JUNI 2014 IN FREEDOM NOT #FRONTEX: Voor link zie verderop.

‘Zo geraakte ik in een oneindige beweging van draaikolken, met het gevoel geen normaal bestaan te hebben, en stierf elke intellectuele ambitie in slow motion in mij als gevolg van mijn wrede ervaringen en lijden.’ (uit Statement van Hashim gepubliceerd op 24 juni 2014) Zijn eerste statement deed Hashim in april 2014 tijdens The march for freedom van Brussel naar Straatsburg. Ik ben een vluchteling werd gepubliceerd op 25 juni 2014 in de voorloper van SPREAD THE WORDS, Freedom not Frontex. In april 2016 zag Hashim een metgezel van De Mars voor de vrijheid terug en deed bij die gelegenheid zijn tweede statement. In het internetmagazine SPREAD THE WORDS werd en wordt dagelijks in meerdere talen een statement van een vluchteling opgenomen: https://freedomnotfrontex.noblogs.org/post/2014/06/24/statement-هاشم/ Nederlandse vertaling statements Meurs A.M

 

 

2E STATEMENT VAN HASHIM, ‘IK BEN EEN VLUCHTELING’, GEDAAN IN APRIL 2016, GEPUBLICEERD IN JUNI 2016, VLUCHTELING UIT SOEDAN,  OP 5 JULI OP 33-JARIGE LEEFTIJD OVERLEDEN DOOR ZELFDODING, 6 JAAR IN NEDERLAND, 3 JAAR IN DE ASIELPROCEDURE, 3 JAAR ERBUITEN

 

HASHIM, 33 jaar, vluchteling uit de door staat en stad meest verwaarloosde groep vluchtelingen van Wij Zijn Hier, stierf op 5 juli 2016 rond 18.00u. Hij lag daarvoor enkele dagen in coma nadat hij te water was geraakt. Het internetmagazine SPREAD THE WORDS publiceerde op 1 juni deze verklaring van Hashim (eigen vertaling uit het engels, waarbij ik < So, that’s mean> niet heb vertaald als stond er <So, that means>, wat wel gebeurd is in de Franse vertaling) In april 2016 zag Hashim een metgezel van De Mars voor de vrijheid terug en deed bij die gelegenheid zijn tweede statement. Een eerder statement deed Hashim in 2014 tijdens The march for freedom van Brussel naar Straatsburg. Dat statement ‘Ik ben een vluchteling’ werd gepubliceerd op 25 juni 2014 in de voorloper van SPREAD THE WORDS, Freedom not Frontex. In het internetmagazine SPREAD THE WORDS werd en wordt dagelijks in meerdere talen een statement van een vluchteling opgenomen. De Nederlandse vertaling van de statements van Hashim wordt daar nu ook toegevoegd.

Ik ben een vluchteling

Ik ben een vluchteling.
Ik verliet mijn land om veiligheidsredenen en vanwege de politieke maatregelen, ik vluchtte voor een politiek die de menselijkheid geweld aandoet.
Ik kwam naar Europa omdat Europeanen geloven in mensenrechten, die daar al lang geleden zijn ingesteld.
Ongelukkig genoeg heb ik me tegenover zeer ernstige problemen geplaatst gezien nadat ik in Griekenland was geraakt.
Onderdeel hiervan is de onderdrukking van mensen met een zwarte huid, het schenden van de mensenrechten van een vluchteling.
Er bestaan geen mensenrechten voor vluchtelingen in Griekenland.
Zoals dat van huisvesting, werk en medische verzorging.
Zelfs in de basisbehoefte aan voldoende voedsel om in leven te blijven wordt niet voorzien, noch geniet je bewegingsvrijheid binnen het land.
Het ergst, alle wegen voor vluchtelingen om te integreren in het normale maatschappelijke leven in Europa zijn geblokkeerd, en lange tijd leed ik daar onder de uitzonderlijk zware omstandigheden.
Wat me er toe dwong naar een ander Europees land te vertrekken, een dat zou voorzien in betere mensenrechten voor vluchtelingen.
Maar jammer genoeg zijn er geen grote verschillen tussen de landen in Europa. Als het gaat om het schenden en onderdrukken van het recht van een vluchteling, het vertragen en uitstellen van de procedure en het verstrekken van verblijfspapieren voor vluchtelingen, het unfair en ongelijk toepassen van het burgerrecht, en het verhinderen van vluchtelingen om vrij te integreren in de Europese maatschappij.
Als het gaat om het brengen van vluchtelingen in wrede omstandigheden, in isolatiekampen weg van de burgers en het normale leven.
Zo geraakte ik in een oneindige beweging van draaikolken, met het gevoel geen normaal bestaan te hebben, en stierf elke intellectuele ambitie in slow motion in mij als gevolg van mijn wrede ervaringen en lijden.

Nadat ik in Nederland asiel had aangevraagd, is daar de niet te rechtvaardigen afwijzing van mijn asielverzoek, waarna ik ben geconfronteerd met de wrede werkelijkheid van het eindeloze lijden van het zonder papieren in Europa zijn, dat erin bestaat altijd subject te zijn van controle op basis van huidskleur, van in de gevangenis te worden geworpen en voor lange tijd in een detentiecentrum.

En terwijl ik als vluchteling geen enkele toegang heb tot een normaal leven, mij elke vorm van psychologische stabiliteit ontbreekt, levend in voortdurende angst om elk moment gearresteerd te worden door een van de immigratieagenten of andere autoriteiten belast met het controleren van vluchtelingen,
bekruipt mij het gevoel dat ik gevlucht ben voor onderdrukking om in een ander soort onderdrukking terecht te komen.


IK KOM UIT SOEDAN

Ik kom uit Soedan en mijn eerste asielaanvraag was in Nederland. Ik woon hier nu 6 jaar, 3 jaar in de asielprocedure en 3 jaar erbuiten.

Het leven buiten de asielprocedure, of het leven zonder geldige identiteitspapieren is voor mij als vluchteling niet makkelijk.

Waarom ik hier in Europa ben? Omdat ik beschermd wil worden tegen mijn regering en tegen de oorlog. Er is waar ik vandaan kom geen vrijheid, er zijn geen mensenrechten.

En toen kwam ik in Europa aan. Ik geloofde al in Europa, ik zou er mensenrechten vinden.
En dan vond ik er in feite iets heel anders. Europa gelooft in mensenrechten. Zij denkt dat zij ze heeft uitgevonden.
Ik leefde op straat. Het is onmogelijk voor een mens om op straat te leven zonder iets, niet wetend waar te gaan, zonder vrienden.
Bovendien, als je zonder papieren wordt opgepakt, brengen ze je naar de gevangenis. En dan weet je niet voor hoe lang.
Ze kunnen je 2 jaar vasthouden. En misschien je proberen terug te sturen. Terwijl het in mijn streek, Dafur, nog steeds niet veilig is.
Als ik terugga, sterf ik.

En toen lieten ze me vrij. Ik stond terug op straat. Dat overkwam me 2 keer. Waar zijn de rechten? Waar is de menselijkheid? Waar zijn de mensenrechten?

Dat is het gemene, ik verloor mijn recht om mens te zijn. In mijn land, en in Europa.

________


Zie hier het 2e statement van Hashim ‘Ik kom uit Soedan’ in het engels en het frans: http://www.spread-the-words.de/?p=3744&lang=fr

(Bijlagen d.d. 18 februari 2017 bij HetWerk66A, literair kladschrift van Meurs A.M. d.d. 18 jauari 2017)

1TH STATEMENT OF HASHIM MADE APRIL 2014, PUBLISHED JUIN 2014 in ‏العربية‎, english, français,in Freedom not Frontex
Hashim (33 years old) died on July 5th 2016. He was politically active in the “Wij Zijn Hier” group in Amsterdam and participated in the “March for Freedom” (2014).

I AM A REFUGEE

I am a refugee,
I left my country for security and political measures, and fleeing from politics that violate humanity. I came to Europe cause European believe in human rights which have been established there for long time. Unfortunately, I have faced lots of sever hardships after I made it to Greece. Part of it is the oppression against dark skin people, violating the refugee’s human rights, there is not any human rights for refugees in Greece. Like accommodation, or employment, or medical treatment. Even you don’t have the basic necessity of food sustain for your self and keep a life, or the freedom of moving freely in the country. Worst, having all avenues to be blocked to integrate refugees in European society’s regular life, and for long time I was suffering from exceptional harsh circumstance there. What forced me to leave to another European country, that would provide better human rights for a refugee, but unfortunately, there are no big differences between European countries. As far as violating and repressing the refugee’s right, slacking and delaying in processing and issuing residency papers for refugees, practicing unfair and unequal citizen right, preventing refugees from integrating freely within the European society. And put refugees in harsh circumstances, in isolation camps away from citizens and regular life, thus I’ve found my self in unending spins of whirl, feeling that I don’t have a normal existence in life, and all of my intellectual ambition died within me in a slow motion and some of my harsh experiences and suffering. After I’ve applied for asylum in Holland, is the unjustifiable rejection of my asylum application, after this rejection I’ve been faced by the harsh reality of endless suffering without papers in Europe which lays in being subject to be controlled based on color and being put in jail, and detention center for a long time. And not have any access as a refugee for a decent life, lacking all kind of psychological stability, living under constant fear that any time I could get arrested by any of the immigration’s polices or any other authorities in charge of controlling refugees , which put me under the feeling that you have fled oppression to a different kind of oppression.

JE SUIS UN RÉFUGÉ

Je suis un réfugie, j’ai quitté mon pays pour la sécurité et des mesures politiques et fuis des politiques qui violent l’humanité.
Je suis venue en Europe car les européen croient dans les droits humains, qui ont été installer la-bas il y a longtemps. Malheureusement j’ai fais face a des épreuves difficiles, après que je suis arrive en Grèce. Une partie c’est l’oppression contre les personnes avec une peau noire, le viole des droits humains des réfugies, il n y a pas de droits humains pour les réfugies en Grèce. Comme l’accommodation ou l’emploie ou le traitement médical. Il n y a même pas une basse de nécessite pour maintenir la nourriture pour toi même et de rester en vie ou la liberté de se bouger librement dans le pays. Pire encore, toutes les pistes sont bloquer pour que les réfugies soient intégrer dans la société européenne de la vie quotidienne, et pendant longtemps j’ai souffert des circonstances exceptionnellement rudes d’ici. Ce qui m’a obligé de quitter pour un autre pays européen, lequel fournirait des meilleures droits humains pour les réfugies, mais malheureusement, il n y a pas de si grandes différences entre les pays européens.
Autant que les droits de réfugies sont violer et réprimer, relâchant et attardant les procès et issues des papier de résidence pour réfugies, les pratiques inégales et injustes des droits des citoyens, empêchent les réfugies de s’intégrer librement dans la société européen. Et mettent les réfugies dans des circonstances dures, dans des camps d’isolation loin des citoyens et de la vie normale, ainsi je me suis retrouvé dans des tourbillons tournants interminables, sentant que je n’ai pas une existence normale dans la vie et toutes mes ambitions intellectuelles mourais en moi au ralenti et certaines des me dures expériences et souffrances. Après avoir demander l’asile en Hollande, c’est la réjection injustifiable de ma demande d’asile, après cette réjection j’ai du faire face a la réalité dure de l’interminable souffrance sans papiers en Europe, d’être contrôler a cause de la couleur et d’être mis en prison et dans un centre de détention pour longtemps. Et de ne pas avoir accès en tant que réfugie pour une vie convenable. Manquant de chaque sorte de stabilité psychologique, vivant dans la peur constante d’être arrêter a chaque instant par des policiers migratoires ou par d’autre autorités responsable de contrôler les réfugies, ce qui me donnes l’impression que tu as fuis une oppression a une autre oppression différente.

انا لاجئ هجرت بلادي لاسباب أمنية وسياسية وسياسات” تضظهدالانسانية واتيت الي اروبا لان الاروبيين يؤمنون بحقوق الانسان التي اسست منذ زمن بعيد .لقد واجهت معانات شديدة بعد ان دخلت الي اليونان منها الاضظهاد للسود وانتهاك حقوق الانسان وليس هناك اي حقوق للاجئ من مسكن أو عمل او علاح حتي لا تملك قوت يومك او حرية التنقل مع عدم توفير سبل الاندماج في المجتمع الاروبي ولمدة ظويلة ظللت اعاني من ظروف انسانية حرجه هناك ممااضظررت الي النزوح الي دولة اوربية اخري توفر حقوق انسانية افضل ولكن من المؤسف انه لاتوجد فروقات كبيرة بين الدول الاروبية في اضظهاد حقوق اللاجئ وعدم توفير الاوراق والحقوق المواطنبة والاندماج وسط المجتمع الاروبي ووضع اللاجئ في ظروف سئية وعزله عن المجتمع الاروبي ممااجد نفسي في دوامة ليس لديهانهايةوتشعر ان ليس لديك وجود طبيعي في .الحياة وقتل كل الطموحات الفكرية ببطئ ومن اكبر المعانات التي واجهتها بعد طلبي اللجوء في هولنداهي الرفض التعسفي لطلب اللجوءوبعد رفض الطلب اواجه المعاناة الحقيقية التي تكمن في دخول السجن لمدة طويلة وعدم وجود ماوي او اي من سيل الحياة الكريمة وعدم وجود استقرار نفسي والعيش تحت الخوف من الاعتقال في اي لحظة من اي جهة امنية اوبواسطة السلطات المعنيةمما يسبب باحساس انك تهرب من اضطهاد الي
“اضظهادمن نوع اخر.

2TH STATEMENT OF HASHIM MADE APRIL 2016, PUBLISHED JUIN 2016 in ‏‎ english, français,in Spread the words

I’m from Sudan and my first asylum was in Netherlands. I’m living now since six years, three years in the system, three years out the system. And then, the life to be out the system, or to be without documents, it is not easy for me as a Refugee. Why I’m here in Europe? Because I want protection from the government and war. There is no freedom, there is no humanity rights. And then I arrived to Europe. Already, I was believing in Europe, I will find human rights. And actually I found something different. Europe believes it is the human rights. That they made the human rights. I lived on the streets. It is not possible for person, to live in the street without anything, without knowing where to go, without friends.
At the same time, if you get arrested without documents, then they bring you in the jail. And then, for how long, you don’t know. They can keep you till two years. And maybe try to send you back. Also, in my place, in Darfur, is still not safe. If I go back, I will die. And then, they let me free. I come back to the streets. That happened to me, two times. Where are the rights? Where is the humanity? Where are the human rights? So that’s mean, I lost my right as a human person. In my country, and in Europe.

Je suis du Soudan et mon premier asile était dans les Pays-Bas. Je vis maintenant depuis six ans, trois ans dans le système, trois ans en dehors du système. Et ensuite, la vie étant en dehors du système, ou être sans documents, ce n’est pas facile pour moi comme Réfugié. Pourquoi je suis ici en Europe ? Parce que je veux la protection du gouvernement et de la guerre. Il n’y a aucune liberté, il n’y a aucun droit d’humanité. Et ensuite je suis arrivé en Europe. Déjà, je croyais en Europe, je trouverai des droits humains. Et en réalité j’ai trouvé quelque chose de différent. L’Europe croit que ce sont eux les droits humains. Qu’ils aient fait les droits humains. J’ai vécu dans les rues. Ce n’est pas possible pour une personne, de vivre dans la rue sans quoi que ce soit, sans savoir connaître ou aller, sans amis.
En même temps, si vous êtes arrêtés sans documents, alors ils vous amènent dans la prison. Et ensuite, pour combien de temps, vous ne savez pas. Ils peuvent vous garder jusqu’à deux ans. Et essaye peut-être de vous renvoyer. Aussi, à ma place, à Darfour, ce n’est toujours pas sûr. Si je retourne, je mourrai. Et ensuite, ils me laissent sortir. Je reviens dans les rues. Ce m’est arrivé, deux fois. Où sont les droits ? Où est l’humanité ? Où sont les droits humains ? Donc ça veut dire que j’ai perdu mon droit en tant qu’une personne humaine. Dans mon pays, et en Europe.